Om 6 uur ‘s ochtends schrik ik wakker: mijn broek is nat. Naar het toilet, ik zal toch niet in mijn broek geplast hebben? Op het moment dat ik opsta blijven de druppels langs mijn benen naar beneden lopen en ik vermoed dat mijn vliezen gebroken zijn. Op datzelfde moment verlies ik de slijmprop. Yes, het is begonnen. Ik ben pas over 10 dagen uitgerekend, maar ons kindje ligt uitgestrekt in het midden tegen mijn ribben/maag/longen en vult verder alleen mijn rechter buikhelft. Enigszins lastig, waardoor ik veel rugklachten krijg en dus hoop dat hij/zij zich snel laat zien.

Terug naar bed

Ik roep door de slaapkamerdeur: “Ik denk dat mijn vliezen zijn gebroken,” waarop mijn man meteen uit bed veert. “En nu?” vraagt hij. Er valt niets te doen, want het kindje zit goed ingedaald en het vruchtwater is helder. We zijn zo ver dat we thuis mogen bevallen, dus ik doe een kraamverband in om wat vruchtwater op te vangen (verzoek van verloskundige) en ga maar weer terug naar bed.

Ik zet de wekker op kwart over 8, omdat ik eigenlijk om half 9 de verloskundige moet bellen als mijn vliezen zijn gebroken. Maar eerst bel ik om half 9 even mijn moeder, die meteen roept: “Jee, nu maar hopen dat er ook weeën komen”. Mijn moeder is kraamverzorgster en zal aanwezig zijn bij de bevalling.

Puzzelen

Dan bel ik de verloskundige en hoera, mijn favoriete verloskundige neemt de telefoon op. Ik hoopte zo dat zij dienst zou hebben en mijn bevalling zou doen. Ze vraagt hoe het verder met me is. Mijn buik is nog volledig rustig, dus zal ze in de middag langs komen om mij en het kindje te controleren, prima. Met nog wat laatste adviezen en regels dus maar afwachten (niet meer vrijen, niet in bad, proberen afleiding te zoeken). Ik bel mijn moeder weer en als afleiding ga de puzzel maar leggen waaraan ik gisteren al had willen beginnen.

Thuis bevallen

Om half 10 komt mijn man uit bed en hij vindt het toch ook wel spannend. Hij moet nu alleen naar de markt en boodschappen doen helaas. Om 10 uur voel ik ineens iets wat naar mijn idee wel eens een wee kan zijn. Ja hoor, na een half uur weet ik het zeker: ik heb weeën. Gelukkig maar. Anders is het protocol dat je na 24 uur naar het ziekenhuis gaat en ik wil zo graag thuis bevallen.

Als mijn man thuis komt vertel ik hem dit. Hij is overigens nog nooit zo snel terug geweest. Ik vraag of hij nog even wil stofzuigen beneden, aangezien ik beneden moet bevallen. Daarop neemt hij het hele huis en de tuin onder handen. Mijn nesteldrang krijgt hij nu, denk ik. Ik zit ondertussen op mijn yogabal te puzzelen en zo de weeën weg te wippen.

Best ontspannen

Tussen de middag zit ik mijn weeën te timen en blijken ze echt al wel om de 5 minuten te komen. Ik mag bellen als ze een uur lang om de 4 minuten komen. De verloskundige zou toch al komen, maar ik ben vergeten te vragen om de baarkruk, dus mijn man belt haar om half 3 uiteindelijk toch. Ze wil me zelf spreken en vraagt of het nog gaat. De weeën zijn dan nog prima op te vangen. We spreken af dat ze me om 16.00 uur komt controleren. Ik ben op dit moment nog best ontspannen, tijdens de weeën keer ik even in mezelf en reageer ik nergens op, die puzzel gaat dus ook niet zo hard als normaal, maar het is wel goede afleiding voor me.

Verloskundige controles

Kwart voor 4 belt de verloskundige: ze kan niet weg in het ziekenhuis. Ze staat vast bij 2 bevallingen, dus ze heeft een andere verloskundige gebeld, die net terug is van vakantie. Zij komt binnen een half uur mij thuis controleren.

Deze verloskundige stapt precies om kwart over 4 binnen en controleert van alles: ze voelt mijn buik, de ligging van het kindje, luistert met de doptone naar het hartje en toucheert. Dat laatste is een bijzondere ervaring, tussen de weeën door. Zij voelt de weeën eerder aankomen dan ik, erg bijzonder.

Ze waarschuwt me tijdens het toucheren al dat ik niet moet verwachten al 7 cm ontsluiting te hebben, wat ik niet verwacht aangezien deze weeën nog aardig meevallen. Ze zegt dat ik 2 centimeter ontsluiting heb, maar het voelt heel gunstig. De baarmoedermond ligt heel mooi en is al mooi zacht geworden, wat bij de eerste vaak wat langer duurt. Ze adviseert iets lichts te eten en we spreken af dat de dienstdoende verloskundige om half 8 ‘s avonds terugkomt voor controles. Omdat weeën nu goed zijn, mag ik vanaf nu ook in bad, wat eerder niet mocht in verband met infectiegevaar.

Weg concentratie

Om kwart voor 5 bel ik mijn moeder met deze informatie. Ze vraagt of ze moet komen, maar ze kan voor mijn gevoel nu nog niks doen, dus komt ze ook om half 8. Ik probeer nog wat te puzzelen, maar dankzij het vaginaal toucher heb ik nu veel sterkere weeën en korter op elkaar. Dus: weg concentratie. Mijn man wil dat ik wat eet, maar daar heb ik echt geen behoefte aan. Ik pak alleen een sultana.

Ik wil uit bad, maar hoe?

Mijn man laat het bad vollopen en daar ga ik tegen half 6 in zitten. Op dit moment moet ik de weeën al echt wegblazen, omdat ze pijnlijk zijn en doortrekken naar mijn rug. Mijn man komt steeds vragen of hij iets voor me moet doen, wat ik wil eten/drinken en vertellen wat hij zelf aan het eten is. Dit is erg frustrerend, omdat ik gewoon rust wil, maar het is voor een man ook geen makkelijke situatie denk ik. Hij is zo machteloos, kan nauwelijks iets doen en ziet wel dat zijn vrouw pijn heeft.

Om kwart voor 7 heb ik het niet meer. Ik wil uit bad, maar durf niet en weet niet hoe. De weeën lijken zo snel op elkaar te komen, er is bijna geen tijd om op adem te komen. Het wordt nu wel echt heftig zeg maar. Ik vraag mijn moeder nu toch om te komen, waarna mijn man komt zeggen dat hij even gaat douchen. Hier reageer ik verbaasd op en ik zeg dat mijn moeder al komt, dat wist hij niet. Hij ziet geloof ik wel aan mijn blik dat ik niet begrijp dat hij op dat moment dáármee bezig is, terwijl ik met heftige weeën in bad lig te puffen.

Angst voor het onbekende

Mijn moeder komt bij mij op badrand zitten om de weeën te klokken, terwijl mijn man beneden het bed in elkaar zet. Ze kunnen voor mij weinig doen, maar ik wil gewoon niet alleen zijn. Er moet iemand bij me blijven.

Ik heb het gevoel naar de wc te moeten – ik weet niet voor wat – maar dat mag van mijn moeder niet voordat de verloskundige er is. Erg frustrerend is dat. Ik durf nog steeds niet uit bad, omdat ik bang ben onderweg eruit een wee te krijgen die ik niet kan opvangen als ik sta. Eng idee vind ik dat. Ik weet ook niet wat ik zou willen als ik eruit ben: zitten, liggen, lopen? Dat is gewoon een beetje angst voor het onbekende denk ik.

“Als ik nu 4 centimeter heb, draai ik haar nek om”

De verloskundige belt om 5 voor half 8 dat ze bij het ziekenhuis wegrijdt: of ik nog ontspannen ben? Nou, niet precies zeg maar. Ik hoor met mijn man bellen en hoorde 40 minuten vallen, waarop mijn oogbollen er echt uit sprongen. Ik dacht: ‘Dat trek ik echt niet, 40 minuten. Zo ver is het niet rijden’. Ze is er uiteindelijk tegen kwart voor 8.

Kwart voor 8 wil ook de verloskundige dat ik uit bad kom zodat ze me kan toucheren, maar ik weet absoluut niet hoe. Met zijn drieën halen ze me uit bad, drogen me af en kleden me aan. Ik moet maar meteen naar beneden, anders kan ik er misschien niet meer komen. Ik zeg tegen mijn man: “Als ik nu 4 centimeter heb, draai ik echt haar nek om”. Ik heb nu al zo’n lange tijd flink heftige weeën. Ik maak ook echt geluid om ze op te kunnen vangen, waarop ik mijn man hoor zeggen dat de ramen en roosters allemaal dicht moeten, omdat de buren me anders kunnen horen. Zo hard maak ik echt geen geluid!

Alternatieve baarkruk

Om 8 uur word ik getoucheerd: 4-5 centimeter, maar het voelt heel gunstig aan, aldus de verloskundige. Pfffff… ‘Dat gaat nog heel lang duren,’ denk ik, maar ik mag nu wel eindelijk naar het toilet. Daarna loop ik nog wat door de keuken in alleen een hemdje en dan ga ik toch maar op bed liggen om weeën op te vangen. Die blijven flink hevig, dus ga ik op mijn zij liggen. Zo kan mijn moeder op mijn rug duwen tijdens de weeën. Dat is wel erg fijn.

De verloskundige vraagt of ik wil dat ze naar de praktijk rijdt om de baarkruk te halen, maar mijn moeder zegt dat ze weet dat ik niet wil dat ze nog weggaat, dus dat ze dat beter niet kan doen. Ze weet wel een alternatief zegt ze. De telefoon van de verloskundige gaat echt continu, omdat ze vanwege vele bevallingen geen visites heeft kunnen rijden. Dit is echt frustrerend. Omdat ze toch ook anderen moet helpen weet ik dat ze haar telefoon aan moet nemen, maar daardoor moet ik soms een wee langer wachten voor het toucheren bijvoorbeeld, dat voelt heel vervelend.

Alles klaar om te persen

Tegen kwart voor 9 heb ik het gevoel te moeten poepen. Ik krijg echt persneigingen, een erg bijzondere gewaarwording. Je moet er bijna aan toe geven en het is echt niet te doen om dat tegen te houden. Er volgt dus nog een toucher, tegen 21.00 uur vanwege vele telefoontjes. En ja hoor, volledige ontsluiting. Alles wordt klaargezet voor de bevalling en mijn moeder doet haar kraamuniform aan. Nu is ze ineens ook kraamverzorgster. Allerlei spuiten worden opengetrokken en ik mag mezelf klaar maken om te persen.

Om 21.10 uur begin ik met persen op bed. Ik probeer zo goed mogelijk te luisteren naar de verloskundige en alles te doen wat ze tegen me zegt. Ik moet aan zoveel dingen denken: benen vastpakken, grote hap lucht en persen, mond open, ogen open en zo lang mogelijk persen en zo snel mogelijk een hap lucht en nog een keer persen. Ondertussen ook nog mijn benen goed open laten vallen. Waarop mijn man steeds zegt: “Je moet wel je benen ontspannen”. Geloof mij, dat gaat echt niet. Tussen de persweeën door wordt steeds de hartslag van de baby gecontroleerd.

De pijn is weg

Mijn moeder en verloskundige zeggen dat ze donkere haartjes zien, waarop mijn man ook maar een blik werpt. De verloskundige zegt: “Je moet zelf het werk doen, ik kijk alleen”. Voor mijn gevoel ben ik echt aan het poepen op bed, maar vanaf het moment dat je gaat persen is de pijn eigenlijk weg, dat is een fijn moment.

Ik dacht altijd dat het laatste stukje van de bevalling het ergst zou zijn, maar de laatste centimeters ontsluiting zijn veel erger. Op het moment dat je kan persen is de pijn weg en heb je echt het idee dat je iets aan het doen bent. Tijdens de persweeën door zeg ik nog dat ik niet begrijp dat er een baby uit me komt. Het is gewoon zo bizar dat dat al die tijd in je groeit en er dan ineens uit gaat komen, echt een wonder! Hoe cliché ook.

Liggen is niks voor mij

De verloskundige stelt na een half uur persen (er zit erg veel tijd tussen de persweeën in) voor om toch een baarkruk te improviseren als ik dat wil. Graag, want dat liggen is niks voor mij, daarom wilde ik graag de baarkruk. Mijn man wordt naast het bed op een stoel gezet met zijn benen wijd en ik moet tussen zijn benen hurken en met mijn ellebogen op zijn knieën hangen. Hij ondersteunt mij hierbij en heeft voor de handigheid zijn handen maar om mijn borsten. De verloskundige moet zo lachen dat ze er eerst een foto van maakt, dit is echt een leuk moment met zijn allen.

Warm washandje

Ik sta nog heel erg op mijn tenen, maar ik moet mijn voeten plat op grond zetten. Dat is een eng idee, want er zit dan niet veel ruimte meer tussen mij en de grond, terwijl daar nog een baby tussen moet. De verloskundige gaat op haar kont voor me op de grond zitten. Vervolgens volgen er nog 3 persweeën. Bij de 2e perswee staat het hoofdje en zeg ik: “Dit doet geen pijn, maar het brandt wel verschrikkelijk”. Daarop houden ze een warm washandje tegen mijn onderkant.

Ineens heb ik ons kindje vast

Bij de volgende perswee hoor ik de verloskundige zeggen: “Je moet nu echt je ogen open doen” en op het moment dat ik dat doe, heb ik ineens ons kindje vast. Ik heb helemaal niet bewust gevoeld dat het eruit is gekomen. Ik riep al weken dat ik het absoluut niet zelf aan wilde pakken, maar het gebeurt gewoon ineens. Nou ja, overpakken dan. Nu mag ik gaan zitten, gewoon op mijn kont op de grond, en kijk ik gauw zelf wat het is. Ik zie het meteen: een jongen! Daar zit ik dan op de keukenvloer, tussen matjes een plas vruchtwater, enzovoorts, met onze zoon in mijn armen.

Het was eerst heel spannend omdat hij niet meteen huilde, maar dat heeft echt nog geen 2 seconden geduurd denk ik. Wauw, wat was dit een bijzondere ervaring en zo snel ineens, uiteindelijk. Daar is hij dan, onze Sam, om 22.03 uur.

Hij heeft haar!

Daarna mag met Sam op bed gaan liggen voor de rest. Erg eng om op te staan met zo’n klein nat hummeltje in je armen, terwijl de hele vloer nat is, dus krijg ik de nodige hulp van de verloskundige. Ik krijg meteen een spuit in mijn been om het bloedverlies te beperken en de placenta te laten komen. Die komt al om 22.12 uur.

Sam huilt ondertussen alleen maar heel hard, hij vindt het denk ik niet leuk. Even later krijg ik het warm op mijn buik: hij blijkt me onder te plassen. We zien meteen dat hij echt mijn lippen heeft en de lange vingers van mijn man. En hij heeft haar! De verloskundige feliciteert ons en wij feliciteren elkaar.

Kleine prul

Na het knippen van de navelstreng beoordeelt de verloskundige de ‘schade’. Dat blijkt een klein scheurtje naar binnen te zijn dat gehecht moet worden. Dit wordt eerst verdoofd en daarna gehecht. En dan zit er iemand tussen je benen met een lichtje op haar voorhoofd je onderkant dicht te naaien, ook al zo’n bijzondere gewaarwording. Maar op dat moment maakt het je allemaal echt niets meer uit. De kleine prul in je armen laat je dat allemaal weer vergeten.

Daarna bellen we eerst wat familie (vaders en moeders). Sam wordt gecontroleerd door de verloskundige, gewogen en aangekleed door mijn moeder. Hierna mag hij aan de borst, dat doet hij meteen prima. Wat ik me niet had gerealiseerd, is dat ik daar weer flinke weeën van krijg, mijn god. Ik dacht klaar te zijn met bevallen, haha. Dit kan de eerste dagen zo blijven wordt mij verteld. Na beschuit met muisjes, een paar boterhammen en flink wat drinken mag ik naar de douche.

Wauw, zo bizar

De verloskundige is ondertussen vertrokken naar huis en de naaste familie is tegen 23.15 uur allemaal ingelicht. Als ik na de bevalling op bed lig, valt me pas op hoeveel spullen er in huis staan en wat ze voor een thuisbevalling allemaal bij zich hebben, niet normaal. Als dat niet veilig is, weet ik het ook niet.

Na het douchen kruip ik met 2 dikke kraamverbanden mijn bed in. Daar wordt mijn man verteld hoe hij Sam moet verschonen en kunnen we aan onze eerste nacht met zijn drieën beginnen. Om half 2 liggen we in bed en liggen we eerst samen naar de wieg te kijken. We spreken alles nog eens door. Wauw, hoe bizar dat hij daar dan ineens ligt naast je bed, in plaats van in je buik. Je kunt het je bijna niet voorstellen.

Wat heb ik dit als geweldig ervaren. Ontzettend fijn dat de verloskundige van mijn voorkeur dienst had en mij hierin mocht begeleiden. Zij was echt de juiste persoon voor mij op dat moment. De klik was er gewoon. En voor mijn gevoel heeft de hele bevalling vanaf de allereerste wee maar een paar uur geduurd, de tijd ging echt mega snel. Een ervaring om nooit te vergeten. Hopelijk mag een volgende bevalling net zo zijn.